Adembenemende scènes

Ik heb geen haast meer, denkt Henk Blanken, wanneer hij op 21 juni 2011 te horen krijgt dat hij ziek is. Tot dan toe heeft de ambitieuze journalist geleefd en gewerkt in een staat van permanente onrust. Het ritme van de krant dicteert zijn leven; tussendoor schrijft hij aan een boek en steeds weer een nieuw boek. Altijd op zoek naar verhalen, naar kicks, naar bevestiging. Maar dan, wanneer hij die warme zomeravond met zijn vrouw in de tuin zit, vlak voordat het onweer losbarst, is de gejaagdheid verdwenen. ‘Uw loopbaan kunt u wel vergeten’, had de neuroloog gezegd. Henk Blanken heeft parkinson.

Híj mag dan geen haast meer hebben, zijn lijf heeft het wel. Het ‘gejakker van die aftakeling’ boezemt hem geen angst in. Integendeel, hij raakt erdoor geboeid. Hongerig naar kennis leest hij alles wat hij kan vinden over de ziekte: statistieken, therapieën. Een op de vierhonderd Nederlanders heeft het. Maar wat betekenen gemiddelden en prognoses? Elke patiënt is anders, zegt de neuroloog. ‘Kan de statistiek mij iets vertelen over de rest van mijn leven’?, vraagt Blanken zich af.

Terwijl zijn lichaam afbladdert, terwijl hij struikelt, stottert en kwijlt, terwijl zijn geheugen hem steeds in de steek laat, zoekt hij naar antwoorden op de vragen die hem kwellen. ‘Wat gaat er eigenlijk stuk als mijn brein in het ongerede raakt? Wanneer verdwijn ik? En waar kom ik dan uit?’ Ik kan er oud mee worden, houdt hij zichzelf voor. Maar hoe? En wat kan en wil hij doen als het hem te veel wordt? De ziekte noopt hem zijn levensverhaal te herschrijven. Hij schrijft om niet te vergeten: ‘Tegen de tijd dat we zelf op het punt staan te verdwijnen, kunnen we hopen dat er misschien een verhaal achterblijft.’

Zijn verhaal Pistoolvinger - de titel refereert aan de wijsvinger van zijn linkerhand die verkrampt onhoog staat -, leest als een film. Henk Blanken leidt de lezer door zijn geschiedenis, beeldend, associatief, in adembenemende scènes.  Zoals het verwarrende onderzoek  bij de psycholoog, die hem vijftien woorden laat onthouden, waarin hij vervolgens verdwaalt. Of zijn retraite in het Noord-Franse klooster waar hij naar toe gaat om te werken aan zijn roman over een aan lager wal geraakte journalist. Honderden pagina’s heeft hij in de loop der tijd geschreven. Na een week gaat hij weg, zonder roman. Alleen de eerste zin heeft hij laten staan. En daarmee begint Pistoolvinger.

Vier sterren

Henk Blanken, Pistoolvinger. Parkinson en de schoonheid van het verval. Atlas Contact, 208 p. € 19,99.

Dit artikel is gepubliceerd in de Volkskrant van 17 oktober 2015.