'Toch wist de angst me te vinden'

Terrorisme-expert Jessica Stern heeft een fascinatie voor gewelddadige mannen, haar verkrachter inbegrepen.

 

Jessica Stern is vijftien jaar oud als ze - samen met haar een jaar jongere zusje - onder bedreiging van een wapen wordt verkracht. De gebeurtenis, hoe verschrikkelijk ook, heeft ogenschijnlijk geen invloed op haar leven. Dertig jaar lang denkt ze er niet aan en praat ze er niet over. Ze gaat scheikunde studeren, schrijft een proefschrift over chemische wapens en wordt uiteindelijk een van ’s werelds belangrijkste terrorisme- experts.

Het is niet de scheikunde die haar in de richting van de terroristen drijft, maar haar fascinatie voor geweld, en specifieker: voor gewelddadige mannen. Haar omgeving verbaast zich over haar gebrek aan angst. Hoe komt het dat een jonge vrouw  trainingskampen van terroristen in Pakistan durft te bezoeken? ‘Toch wist de angst me te vinden’, schrijft Stern in Ontkenning. ‘Situaties die andere mensen niet angstaanjagend vinden, zoals het geluid van vuurwerk, alarmeren mij buitensporig.’ Ze houdt er niet van in een menigte te verkeren, ze vermijdt winkelcentra en als ze nerveus is vindt ze het getik van een richtingaanwijzer of een klok onverdraaglijk.

Met de jaren wordt haar emotionele leven vlakker. Ze lijkt steeds minder te voelen, minder pijn of verdriet, maar ook minder vreugde. Uiteindelijk raadpleegt ze een therapeut die haar

vertelt dat haar kleine angsten en overgevoeligheden, zoals voor bepaalde geuren of plotselinge bewegingen, kenmerken zijn van een posttraumatische stress-stoornis.

Als de politie in 2006 het dossier van haar verkrachter heropent en haar hulp inroept, besluit Jessica Stern te onderzoeken hoe haar verkrachter tot zijn daad is gekomen. Zoals ze eerst terroristen interviewde om erachter te komen wat hen dreef, kruipt ze nu in de huid van de man die haar en haar zusje misbruikte. Het is haar manier om haar angsten onder ogen te zien en te bedwingen.

Ontkenning. Over seksueel misbruik, verdringing en verwerking  is het verslag van dit onderzoek. Haar verkrachter, die 18 jaar gevangenisstraf heeft uitgezeten, is inmiddels dood, hij heeft zich verhangen, maar Stern weet door te dringen tot zijn vriendenkring en familie en probeert van de puzzelstukjes een verhaal te maken. Tegelijkertijd is het boek de persoonlijke geschiedenis van Jessica Stern zelf. Zo interviewt ze ook haar vader, die in Noorwegen was toen zijn dochters werden verkracht en er zijn reis niet voor onderbrak. Ze ontdekt dat haar ontkenning van het trauma gedeeltelijk is terug te voeren op het overlevingsmechanisme van haar vader, die als joods jongetje in Duitsland dagelijks werd belaagd door kinderen van nazi’s.

Sterns speurtocht naar de motieven van haar verkrachter brengt haar ook bij andere slachtoffers, bij de jongens die door priesters systematisch en langdurig werden misbruikt. En aan het slot van het boek staat ze stil bij de duizenden soldaten die terugkeren uit Irak en Afghanistan, en van wie 20 tot 30 procent een posttraumatische stress-stoornis ontwikkelt. Is het niet vreemd, vraagt ze zich af, dat de eigenschappen die soldaten leren om zich in leven te houden: gevoelloosheid en hyperalertheid, dezelfde eigenschappen zijn die een normaal leven en menselijke relaties in de weg staan?

Jessica Stern voert vanaf de eerste pagina de lezer mee in haar fascinatie voor geweld. Ontkenning is gecomponeerd als een spannend boek, en integreert – mede dankzij de beeldende stijl, mooi vertaald door Mieke Hulsbosch, een persoonlijk verhaal in een groot maatschappelijk thema. Dat de verhaallijn in de loop van het boek iets minder strak wordt, zij haar vergeven. Voor wie zoveel speurwerk verricht om zichzelf te begrijpen, is immers elk detail essentieel.

 

Jessica Stern, Ontkenning. Over seksueel misbruik, verdringing en verwerking. Nieuw Amsterdam, 2011. 319 pagina’s. 28,95. ISBN 978 90 468 0896 2. Vertaald uit het Engels door Mieke Hulsbosch.

Dit artikel is gepubliceerd in de Volkskrant van 7 januari 2012.