‘Weg met de verwijtcultuur’

 

In Zonder vrije wil worstelt de Vlaamse filosoof en neurowetenschapper Jan Verplaetse met de vraag wat het betekent als de vrije wil niet bestaat. Wie niet vrij is in zijn beslissingen is volgens hem niet verantwoordelijk voor zijn daden. Kan de mens dit aan?

 

‘Ik gruwel van mensen die altijd maar kwaad en boos zijn, die zichzelf en anderen voortdurend verwijten maken; koppels die uit elkaar gaan omwille van onnozelheden en achteraf verschrikkelijk veel spijt hebben. In een moment van emotionele ontlading beslissen ze de relatie te beëindigen: het ene verwijt brengt het andere mee, ze raken in een vicieuze cirkel. In mijn perceptie – ik zou het graag gespijsd zien met wetenschappelijk onderzoek – kun je meer bereiken als je op een niet-verwijtende manier met elkaar omgaat.’

 

 

 

Jan Verplaetse, neurowetenschapper en filosoof, doceert moraalfilosofie aan de Universiteit van Gent. Zijn recent verschenen boek Zonder vrije wil, is geschreven vanuit een filosofische opdracht maar weerspiegelt ook zijn persoonlijke ergernis. De zachtaardige Vlaming pleit voor een begrijpende in plaats van een veroordelende houding. Tijdens het schrijven van zijn boek heeft hij zich voorgenomen niemand meer de schuld te geven, niemand meer iets kwalijk te nemen, al weet hij niet of het volhoudt. In zijn boek reserveert hij zijn allerlaatste verwijt voor de breinwetenschappers die de vrije wil weliswaar op de opinie-agenda hebben gezet, maar terugdeinzen voor de vraag of verantwoordelijkheid en schuld nog wel mogelijk zijn als de vrije wil niet bestaat.

 

 

 

Verplaetse is een paar dagen in Nederland voor een congres en dronk gisteren nog op een van de schaarse zomerse dagen een biertje op een Utrechts terras. In de gesprekken die hij beluisterde viel het hem opnieuw op hoe veroordelend en verwijtend mensen over elkaar praten. We leven in een verwijtcultuur, we praten al snel over schuld en verantwoordelijkheid, hij heeft er zelf ook last van, bekent hij. ‘Ik lijd soms aan een extreem plichtsgevoel. Ik heb de neiging om mezelf snel verantwoordelijk te achten; als er iets fout ging denk ik meteen: wat kon ik hebben gedaan om dit te vermijden.’

 

 

 

In Zonder vrije wil verkondigt de filosoof de radicale stelling dat wanneer de mens geen vrije wil heeft verantwoordelijkheid niet bestaat. Het is een opvatting die tegen zijn eigen intuïtie indruist, zegt hij, en daarmee heeft hij geworsteld. ‘Het is gemakkelijk om als filosoof op je zolderkamer te concluderen dat verantwoordelijkheid en schuld niet bestaan, maar het is moeilijk om in de realiteit, als docent, als echtgenoot, als vriend, de consequentie daarvan onder ogen te zien: wie gelooft dat de vrije wil niet bestaat, kan anderen niets meer verwijten.

 

 

 

U betoogt dat de vrije wil niet bestaat. Heeft bijvoorbeeld degene die besluit een eind aan zijn leven te maken geen vrije wil?

 

 

 

‘De vrije wil is een filosofisch onderwerp, het is het vermogen om zelf, oorzaakloos, te beslissen wát je doet, waaróm je het doet en hóe je het doet. Ik ontken niet dat mensen een wil hebben, ik zeg alleen dat al onze beslissingen aan oorzaken zijn gebonden. Dat is ook het wetenschappelijke wereldbeeld. Onze wil zit verankerd in causale netwerken. Zelfs de meest gecompliceerde beslissing, om weg te gaan van je man of vrouw, of nog extremer, om afscheid te nemen van het leven, is een beslissing die vastzit aan een causaal netwerk. Die persoon moet gevoelig zijn voor het idee dat een mens kan beslissen over leven en dood, hij moet gevoelig zijn voor anderen die dat misschien ook hebben gedaan, en zo zijn er nog veel meer oorzaken die een rol spelen.

 

‘Iemand als Dick Swaab (auteur van Wij zijn ons brein, red.) maakt de fout dat hij de mens reduceert tot zijn brein, maar het brein is gewoon een geleider van allerlei causale niveaus; dat kunnen biochemische niveaus zijn, maar ook sociale of politieke oorzaken. Ik ben geen reductionist, ik stel alleen dat niets gebeurt zonder oorzaak. En als we geen vrije wil hebben, kunnen we ook geen verantwoordelijkheid hebben. Maar ja, dat ligt gevoelig hè. Het geloof in de vrije wil heeft een psychologische functie. Het geeft ons het idee dat we grip hebben op de realiteit, maar ze is filosofisch ongegrond. Misschien is het wel bevrijdend om er vanaf te stappen.’

 

 

 

Hoe moeten we leven met het idee dat verantwoordelijkheid en schuld niet bestaan?

 

 

 

‘Een leven zonder verantwoordelijkheid lijkt een illusie. Verantwoordelijkheid en schuld zijn de eerste woorden die we spreken als er iets erg is gebeurd. Wie is verantwoordelijk, wie heeft schuld? Ons strafrecht is gebaseerd op schuld: nullem crimen sine culpa, geen misdrijf zonder schuld. En verwijten zijn een vanzelfsprekend onderdeel van ons emotionele leven, we kunnen die niet zomaar schrappen. Maar toch, geloof me, een verwijtloos leven is niet dramatisch, het is dichterbij dan we denken en brengt bovendien iets waardevols tot stand.’

 

 

 

Hoezo dichterbij dan we denken?

 

 

 

‘We hebben nu al een samenleving waarin het risicogedrag van mensen wordt ingeperkt. Overheden hebben weinig vertrouwen in onze vrije wil, net als verzekeringsmaatschappijen. Ze weten bijvoorbeeld dat mensen toch dronken achter het stuur zullen gaan, ongelukken veroorzaken met onherstelbare schade die ze niet kunnen vergoeden en waarvoor achteraf de verzekeringsmaatschappij mag opdraven. Ik vrees dat alcoholsloten in de toekomst onvermijdelijk worden, al zal dat heel geleidelijk gaan.

 

‘Er is een evolutie bezig naar een risicoloze en schuldloze samenleving. Maar een afwezige vrije wil betekent niet dat de wil wegvalt of dat zelfcontrole wegvalt. We kunnen gedeeltelijk blijven vertrouwen op onze zelfcontrole, al is die ook aan oorzaken gebonden. Het enige dat echt verdwijnt is de boosheid, de kwaadheid, dat achteraf zeggen: “Jij kon anders gehandeld hebben, jij had daar controle over.” Dit moeten we niet meer doen. We moeten een soort time-out inbouwen en ons afvragen hoe het mogelijk is geweest dat dit is gebeurd. En hoe je met hulp van andere mensen ervoor kunt zorgen dat het niet meer gebeurt. Schuldbesef is een kunstgreep achteraf, het is veel belangrijker om te kijken hoe je het gedrag van mensen vooraf kunt beïnvloeden.’

 

 

 

In plaats van individuele schuld spreekt u van een causaal netwerk. Hoeven we in uw filosofie mensen ook niet meer te straffen?

 

 

 

‘Als ik niet in een vrije wil geloof, kan ik toch zeggen dat ik dingen hebt gedaan die ik niet had moeten doen. Of dat ik misschien wel de mogelijkheid had om de dingen anders te doen maar dat ik er geen ultieme controle over had. Ik kan zelfs de gevoelens van het slachtoffer begrijpen en zeggen: “Je hebt gelijk, door een straf zal ik mijn lesje leren.” Maar ik kan niet mea culpa zeggen. Ik kan niet op de knieën gaan liggen. Misschien is dit ook helemaal niet nodig en is die persoon tevreden als ik me inleef in zijn gevoelens van kwaadheid en leed, en als ik mezelf inzet om mijn leven te beteren.’

 

 

 

Als er geen schuld is kun je dan mensen levenslang opsluiten?

 

 

 

‘Je kunt het nooit doen met het argument dat hij schuldig is en straf verdient, maar wel met het argument om de samenleving te beschermen. Maar wat bereik je ermee? Het is bekend uit criminologische studies dat mensen die berouw tonen, gestraft worden in een gevangenis en uiteindelijk weer worden vrijgelaten, niet minder recidiveren dan mensen die geen berouw tonen. Schuldgevoelens hebben geen invloed op recidive. En dat is begrijpelijk, omdat degene die berouw heeft, vergeet welk groot causaal netwerk er nodig is voor zulk ongelukkig misdadig gedrag. Gedrag is een ongelofelijk complex iets, misschien is het is beter om tot een zelfanalyse te komen en er met hulpverleners voor te zorgen dat je jezelf begrijpt, hoe het komt dat je zoiets deed.’

 

 

 

Kan de mens uw radicale filosofie wel aan?

 

 

 

‘Het is een filosofie voor de komende generaties. Het is een rationele boodschap, terwijl we voor 99 procent emotionele wezens zijn. Of onze emotionele constitutie dat aankan, zomaar vanaf morgen? Ik vrees van niet, maar ik denk wel dat leven zonder verwijten perspectieven biedt en bevrijdend kan zijn.’

 

 

 

Jan Verplaetse, Zonder vrije wil. Een filosofisch essay over verantwoordelijkheid. Nieuwezijds, 240 pagina’s, € 19,95. ISBN 978 90 5712 328 3.4

 

 

 

Dit artikel is verschenen in de Volkskrant van zaterdag 10 september 2011.